Gouldamadines

Gouldamadines

 

Gouldamadine (Chloebia gouldiae) is een zeer kleurrijk vogeltje uit de familie van de prachtvinken (Estrildidae) oorspronkelijk afkomstig uit Australië.

Er zijn drie vormen: de roodkop-, de zwartkop- en de oranjekop Gould Amadine. Er zijn enkele andere kleurvarianten bekend, zoals de geel-witborst, de gewone gele variant (gele Gould Amadine), de witborst (heeft witte borst in plaats van paarse borst van normale variant), pastelkleurige Gould Amadine (lichte tinten en grijs schedeltje). Er bestaat ook een zwartkop blauw overgoten, deze heeft vage kleuren met overwegend witte en lichtblauwe tinten. Er bestaan ook effen witte exemplaren, evenals de kleurslag bruin.

 


Uiterlijk

Het schedeltje en de wangen zijn scharlakenrood (bij de zwart- of oranjekop uiteraard zwart of oranje). Om het kopje een smalle turquoisekleurige band. Borst violet, onderborst oranjegeel op de buik lichter wordend tot wit. De rug en vleugels zijn grasgroen. De romp is lichtblauw, de staart is zwart en de twee middelste veren zijn iets langer. Het vrouwtje heeft de kleuren rood en oranjegeel iets minder fel en de borst is meer lila dan violet. Zijn totale lengte, van kop tot puntje van de staart, is 12 à 15 centimeter.

 


Verspreiding en status als rode lijst soort

Gould Amadine komt in het wild voor in het noorden van Australië op savannes, stenige heuvels en dichte graslanden. In het uiterste noorden van Queensland is de vogel zeer zeldzaam, iets algemener is de soort in het Noordelijk Territorium en West-Australië. Een voorzichtige schatting uit 2004 kwam op 2500 broedparen aan het begin van het broedseizoen. Latere, meer optimistische schattingen houden het op 10.000 volwassen vogels. In het leefgebied vinden veranderingen plaats omdat het gebied geschikt wordt gemaakt voor meer intensieve begrazing, waardoor bepaalde grassoorten waar de Amadines van afhankelijk zijn, niet meer in het zaad schieten. Het tempo waarin deze veranderingen plaatsvinden, neemt af. In 2008 stond de vogel als "bedreigd" op de internationale rode lijst, maar sinds 2012 is dit veranderd in "gevoelig".

 


Verzorging als volièrevogel

Deze vogel is vrij zeldzaam en kostbaar en acclimatiseert moeilijk in gematigde streken of deze moet daar gekweekt zijn. Het is beslist geen "beginnersvogel". Deze moet gehouden worden bij temperaturen tussen 15 en 25 °C en kan dus in de winter niet buiten overblijven. Het voedsel van de Gould Amadine bestaat uit een goede zaadmengeling voor tropische vogels en diverse soorten milletzaad, kleine insecten, vogelmuur een trosgierst. Wat voor alle vogels geldt is dat grit en maagkiezel altijd voor het oppikken moet liggen en dat er altijd vers drinkwater is. Gould Amadines kunnen het beste gehouden worden in een grote volière, want ze houden van de zon. Beplanting is niet noodzakelijk, maar wordt wel gewaardeerd. Omdat de Gould Amadine de reputatie heeft een slechte broeder te zijn, worden hiervoor Japanse meeuwtjes ingezet. Een jonge Gould Amadines is bruinachtig. Het kan soms lang duren, tot wel 9 maanden vooraleer hij de kleur heeft die de oudervogels hebben.


In Nederland is een speciale club die zich bezighoudt met de natuurbroedkweek van Goulds amadines. Dit is de vereniging "Speciaalclub Natuurbroed Gould Amadines Nederland", de SNGN.